In 1812 telt Baarn 1810 zielen en had: 13 herbergiers, 10 winkeliers, 2 slagers, 4 bakkers, 3 wagenmakers, 2 wolkammers, 2 smeden, 3 molenaars, 7 kleermakers, 19 wevers, 4 ververs, 3 metselaars, 1 schilder, 1 tabaksverkoper. Baarn telde ook één veldwachter, namelijk Jacob van Dijen, die op 14 juni 1798 ook als gerechtsbode was aangesteld. Verder was er 1 logementhouder in het dorp (in 't Regthuis), namelijk Jan de Bruyn en 1 in het hotel Groeneveld, namelijk Willem Slingeland. Er stonden 3 molens in Baarn, 1 achter de ijsfabriek dichtbij de Eem, 1 op Zandvoort en 1 aan de tegenwoordige Jacob van Lenneplaan, bij nummer 43 en 45. |